Het voorstel betreft een park, een grote tuin, eerder dan een gebouw. Een groene stedelijke ruimte omarmt een overdekt plein, een laagdrempelige plek waar jongeren altijd welkom zijn. Het overdekt plein geeft uit op twee groene tuinen en ligt naast een overdekte wintertuin in het oosten. Langs deze stedelijke schakeling maakt een reeks lage volumes het bouwblok af. Een vriendelijke wand creëert privacy voor de achterliggende woningen. Boven het overdekte plein vormt zich een hoger volume, zelf klein in zijn footprint, maar groot genoeg om de plek te markeren. In overeenstemming met de omliggende bebouwing toont het zich boven het park. Een vertrouwde omgeving van waaruit activiteiten zich kunnen ontplooien, of van waar eventuele nodige hulp zeer dichtbij is. Het gebouw gedraagt zich als een paviljoen in een park. De tuinen worden afgeboord met zeer ranke pergola’s, die smaller of breder worden naargelang de positive op de site. Ze zullen snel overgroeien waardoor het gebouw meer en meer opgaat in zijn nieuwe groene context.
Boven deze sokkel steekt een efemeer volume boven het groen uit. Door de reflectie van de kunststof beplating zal het soms opgaan tegen de grijze lucht, op andere momenten zal het zich sterker als volume tonen. De zwaarte van de polyvalente zaal laat toe om het geluid van fuiven of concerten te isoleren van de omgeving. De zaal kan zich ook openstellen naar de omgeving, en vertolkt dan echt de functie van een plein. Er kan een boekenmarkt doorgaan, een brocante of een skate-demo plaatsvinden. De afleesbaarheid van dit gebruik moet inspireren tot deelname. Inzichten van buiten het volume zijn daarom belangrijk. Het volume bevat verschillende gradaties van transparantie. Een spel van verhullen/onthullen lokt nieuwsgierigheid uit die aantrekt. Tegelijkertijd worden delen van het programma uit de stedelijke ruimte weggetrokken.
Opdrachtgever: Stad Lommel, Stabiliteit en Technieken: Stir bv, Landschapsarchitect: Jan Minne